Ruimtelijke kwaliteit en inpassing
Ruimtelijke kwaliteit en inpassing
Afstemming van onze MSR-en op de (woon)omgeving is van groot belang voor de acceptatie. Deze noodzakelijke infrastructuur geeft soms aanleiding tot vragen en/of klachten van mensen die uitkijken op een nieuwe locatie of er vlakbij wonen. Dit overzicht heeft tot doel de belangrijkste thema’s die spelen bij het inpassen van een MSR in de (woon)omgeving te benoemen en aan te geven welke keuzes we hierin maken.
Landschappelijke inpassing
Onze MSR-en plaatsen wij in de openbare ruimte, uitgezonderd de inpandige MSR-en waarvoor we afspraken maken met de pandeigenaar. Voorwaarde bij de locatiekeuze is dat de MSR goed bereikbaar is door middel van een aansluitende verharding en dat de locatie past in onze lokale netstructuur.
Het is mogelijk om op een minimale afstand van 0,6 m van de MSR – behalve de zijde waar de toegang is tot de techniek cq de MSR betreden kan worden – landschappelijke inpassing plaatsvindt door middel van heesters. Deze heesters mogen niet dieper wortelen dan maximaal 0,3 m boven het ter plaatse liggende kabelbed. Groenblijvende heesters hebben hierbij de voorkeur waarbij het onderhoud normaal gesproken door de eigenaar van de omliggende openbare ruimte wordt uitgevoerd.
Bouwen nabij / in monumenten
De meeste MSR-en zijn en blijven ook onder de Omgevingswet vergunningsvrij. Uitzondering vormen locaties die tot een monument worden gerekend. Dit zijn in de regel gebouwen of bouwwerken geen gebouwen zijnde en gebieden die op grond van de monumentenwet bescherming genieten (met name beschermde stads-en dorpsgezichten). Vanwege de maakbaarheid en betaalbaarheid wil Liander ook hier onze standaard MSR-en realiseren. Indien uw gemeente dit vanuit het welstandsbeleid niet toestaat, gaan we graag in overleg om te zoeken naar een maatwerkoplossing.
Vloerpeil
Standaard liggen onze vloerpeilen van de MSR op 10 cm boven het aangrenzende maaiveld. Indien er in een gebied een kans is op wateroverlast als gevolg van hemelwater en/of overstromingen, kunnen wij het vloerpeil van de MSR aanpassen. De gewenste hoogte is de maximaal verwachte waterhoogte op straat volgens de gemeentelijke klimaatstresstesten plus onze standaard 10 cm. Zo voorkomen we dat in geval van wateroverlast onze installaties afschakelen.
Om deze reden is het ondergronds bouwen van een MSR geen goed idee. Alleen in zeer uitzonderlijke gevallen en met het in acht nemen van de technische werking in geval van wateroverlast, kan een dergelijke ondergrondse of deels ondergrondse oplossing overwogen worden.
Inpandige MSR
Het inpandig bouwen van MSR-en is mogelijk. Aandachtspunt vormt de EMV problematiek, zie hiervoor deze paragraaf. Bij inpandig bouwen moeten zaken als toegang en onze grondpositie worden verzekerd.
Geluid
Een MSR produceert geluid. De hoeveelheid geluid is afhankelijk van de zwaarte van de transformatoren en mate waarin de installatie is ingeschakeld. In onze geluidsberekeningen gaan we uit van het maximale ingeschakelde vermogen. In het activiteitenbesluit is in algemene zin geregeld hoeveel geluid mag worden geproduceerd op een geluidgevoelig gebouw. Dit is bijvoorbeeld een woning of een school.
Bij welke geluidniveaus precies sprake is van geluidhinder is niet duidelijk. Vaak wordt in zo'n geval aansluiting gezocht bij de richtwaarden uit de “Handreiking industrielawaai en vergunningverlening” (Ministerie van VROM, 1998). Hierbij wordt voor verschillende 'type woonomgevingen', afhankelijk van dag, avond of nacht, een set van richtgevende geluidniveaus aangegeven.
Het vermogen van een MSR varieert van 230 kVA tot 6 MVA (= 6000 kVA). Hoe zwaarder de transformator, des te meer geluid kan de MSR produceren. Binnenkort komt hier nog nadere informatie te staan over de feitelijke geluidsproductie van een standaard MSR.
Externe veiligheid
Storingen in MSR-en kunnen voor komen. De installaties zijn zo afgesteld dat ze bij storingen afschakelen en er dus geen schade aan de installatie ontstaat. In extreme gevallen is het mogelijk dat er een calamiteit optreedt en er bijvoorbeeld brand ontstaat. Ook dan schakelt de MSR automatisch af. De behuizing van de MSR is zo ontworpen dat eventuele ontploffingen zich beperken tot binnen de MSR zelf. Er gelden geen wettelijke voorschriften over externe veiligheid.
Elektromagnetische velden (EMV)
Elektromagnetische velden zijn overal om ons heen. Samen met de velden van allerlei apparaten in onze omgeving wordt dit in de volksmond ook wel straling genoemd. Elektromagnetische velden komen van nature op aarde voor, onder andere door stromingen in het binnenste van de planeet en door bliksemontladingen. Elektromagnetische velden kunnen ook kunstmatig worden opgewekt door activiteiten van mensen. Er zijn twee soorten kunstmatige bronnen van elektromagnetische velden en die kunnen verschillende effecten op het lichaam hebben. In de eerste plaats kunnen de velden ontstaan als bijproduct van de opwekking, het transport of het gebruik van elektriciteit. Voorbeelden daarvan zijn hoogspanningslijnen, elektromotoren en lasapparatuur. In de tweede plaats kunnen elektromagnetische velden bewust worden opgewekt om materialen op te warmen of informatie te verzenden. Voorbeelden daarvan zijn inductie-verwarmers en zendinstallaties voor mobiele telecommunicatie.
Voor een MSR geldt het voorzorgsbeginsel dat er buiten de MSR geen zwaardere EM velden mogen voorkomen dan 100 uT. Alle MSR-en die Liander plaatst en in bedrijf heeft voldoen aan dit principe. Er is nieuw beleid in ontwikkeling dat eventueel uitgaat van een minimale afstand van een MSR tot gebouwen als woningen, scholen, ziekenhuizen en kinderdagopvanglocaties (dit zijn gevoelige functies). De afstanden zijn nog niet vastgelegd, maar in een voorlopige analyse (het zogenaamde Lysias rapport) wordt gesteld dat een MSR liefst op 4 m of meer en minimaal 2 meter afstand moet houden tot genoemde functies. Hierbij wordt gemeten van de buitenkant van de MSR tot de dichtstbijzijnde muur van bijvoorbeeld een woning.